Vangkooien in Brabant verboden
Fruittelers in Noord-Brabant hadden van de provincie ontheffingen gekregen om door middel van kraaienvangkooien zwarte kraaien en kauwen te vangen en te doden vanwege schade aan fruit. Wij hebben daar beroep tegen ingesteld, om meerdere redenen.
Geweldloze middelen
In de eerste plaats omdat er geweldloze middelen bestaan, die bovendien veel beter werken. Zo hebben vele bedrijven installaties boven hun fruitbomen, waarmee door middel van netten of plastic gordijnen in één keer de hele boomgaard overkoepeld kan worden. Het is een investering, maar ook de enige methode die volstrekt afdoende is tegen iedere schade door vogels. Want niet alleen kraaiachtigen, maar ook lijsters, mezen en spreeuwen kunnen fruit beschadigen. Daarom zijn in de praktijk alle kersenboomgaarden op deze wijze beschermd.
Schade is beperkt
Bij appel- en perenboomgaarden is dit maar voor een klein deel het geval. Daardoor is duidelijk, dat ook in de volledig onbeschermde appel- en perenboomgaarden de schade in het algemeen wel meevalt. Wat tijdens de rechtszitting door een boer werd bevestigd: het gaat om slechts enkele vruchten per boom. Terwijl een boom gemakkelijk vele honderden vruchten oplevert. De schade stelt in de praktijk dus nauwelijks iets voor en er is geen noodzaak om werkelijk ingewikkelde of kostbare maatregelen te nemen. Maar ieder boer heeft een hekel aan kraaiachtigen en een kraaienvangkooi is een gemakkelijke manier van bestrijding.
Helpen vangkooien eigenlijk wel?
De vraag was echter, of het nodig was en of het ook werkelijk helpt. Naar het oordeel van de rechter was dat op geen enkele manier aangetoond. Het blijkt zeker niet uit de eerdere gegevens uit 2018. Het werd ook niet duidelijk welk percentage de schade vormt van de totale opbrengst van de oogst. Bovendien konden wij wetenschappelijke rapporten overleggen, waaruit blijkt dat de bestrijding van kraaiachtigen averechts werkt: je krijgt eerder méér dan minder “overlast”, dan minder. Uit onderzoek is gebleken dat in het vaste territorium van een paartje zwarte kraaien, geen enkele andere kraaiachtige zich kan vestigen. Schiet of vang je dat paartje weg, dan komt er een flink aantal jonge vogels voor in de plaats. Die moeten onderling uitvechten, wie het nieuwe vaste paartje zal worden. Blijf je bestrijden, dan komt dat vaste paartje er nooit en is er continu sprake van een troep ruziënde adolescente kraaien in plaats van slechts twee exemplaren.
De rechter was het in meerdere opzichten geheel met ons eens. Nut en noodzaak van de kraaienvangkooien zijn niet aangetoond. Hoe belangrijk de schade is, is niet duidelijk aangetoond. Waarom overkoepelende netten niet mogelijk zouden zijn, is niet aangetoond. We hebben nog een soortgelijke zaak in Noord-Brabant lopen, hopelijk loopt die net zo goed af.
Cervicale dislocatie
Over één probleem sprak de rechtbank zich helaas niet uit: je kan wel een kraai vangen in zo’n kooi, maar die dient vervolgens gedood te worden… Maar hoe? In het verleden werden kraaien de nek omgedraaid, “cervicale dislocatie”. Maar dat mag onder de huidige wetgeving niet meer. Zo’n kraaienvangkooi heeft de afmetingen van een kleine kamer en nu zou daarin de kraai moeten worden doodgeschoten… Terwijl één of meerdere kraaien daarin in volledige paniek rondvliegen… Dat kan natuurlijk niet. In de praktijk zullen de kraaien dus gewoon, maar illegaal, de nek worden omgedraaid. Tja, 100 jaar geleden beten de “kraaienbieters” kraaien dood, door hun tanden in de kraaienschedel te zetten…
Ook in Friesland en Noord-Holland zijn de kraaienvangkooien, na gewonnen rechtszaken van De Faunabescherming, verboden. Zie voor Friesland: Rechtbank Leeuwarden verbiedt gebruik kraaienvangkooi
Harm Niesen