De palingstand is inmiddels zo dramatisch laag geworden, dat de soort op korte termijn dreigt uit te sterven. Deskundigen geven aan dat zelfs wanneer alle Europese landen de visserij op paling per direct zouden sluiten, het nog zestig tot tweehonderd jaar zal duren voordat de palingstand zich heeft hersteld. Toch heeft de minister van Visserij, Verburg, alleen oog voor de palingvissers. Zij is bereid om 700.000 euro uit te trekken om de vissers te compenseren vanwege inkomstenderving wegens het mogelijk sluiten van de visserij gedurende één maand, terwijl dit een gevolg is van een door hen zelf gecreëerd probleem. En zelfs dit zeer slappe voorstel om de visserij gedurende één maand, oktober, te sluiten, wordt door een meerderheid in de Tweede Kamer van tafel geveegd. De vissers leggen ondertussen alle schuld bij de aalscholvers.
Koos Dijksterhuis beschrijft in Trouw van 26 maart 2009 zeer treffend precies hoe het zit onder de kop ‘De schuld van de aalscholver’.
“Plotseling regende het aalscholvers in de kranten. Van tijd tot tijd krijgt de aalscholver de zwartepiet van vissend Nederland. Ik dacht dat de laatste aalscholverhausse al voorbij was, maar het oude nieuws vulde nieuwe artikelen. Vissers eisen bestrijding van aalscholvers, omdat die vogels vis eten. Verdrinkt een aalscholver in een net? Net goed! De vissers willen de vis zelf.
Er zijn vissers die van visserij leven en er zijn vissers die voor hun lol vissen. Beroepsvissers zijn tegen beperking van hun vangst en daarmee tegen de redding van hun broodwinning. Sportvissers halen het sufferdje met een grote snoek of andere trofee. In Nederland zijn ze verenigd in een federatie die oog heeft voor behoud van de visstand. In het buitenland zijn rivieren waar sportvissers zalm of forel hebben uitgeroeid. Beroepsvissers hebben nog meer vissoorten tot de rand van uitsterven gedreven. Nu is de paling kwijnende en in het nieuws.
Vissers hebben een marginale sector, maar wel een eigen minister. Die wil de visserij op paling een maand verbieden. Een maand om te herstellen van jarenlange overbevissing en daarna weer overbevissen. Toch vinden op de Partij voor de Dieren en GroenLinks na alle partijen die ene maand een te strenge maatregel. Vissers kunnen uitstekend lobbyen. De paling wordt met goedkeuring van de Tweede Kamer uitgeroeid. Daarna krijgen de uitgeviste vissers overheidssteun en aalscholvers de schuld.
Aalscholvers scholven geen alen meer, want waar zouden ze die vinden? Ze eten de vis die ze te pakken krijgen. Onderzoekers Mennobart van Eerden van Rijkswaterstaat vond in aalscholverbraakballen geen paling, maar pos, pos en nog eens pos. Desondanks floreert pos, want vissers vissen niet op pos.”
(bron: Trouw, 26 maart 2009)