Oorlog aan de ganzen rond Schiphol
De staatssecretarissen Atsma en Bleker, beiden CDA, zijn vast van plan op grote schaal ganzen te vergassen, om te beginnen rond Schiphol. Dat zou een oplossing moeten bieden voor het gevaar van aanvaringen van ganzen met vliegtuigen. Aanleiding is de botsing van meer dan een jaar geleden tussen Canadese ganzen en een vliegtuig van Air Maroc. Het gevaar dat daarvan het gevolg was, ontstond door de fouten die de piloten van het vliegtuig maakten, veel meer dan door de schade die de ganzen veroorzaakten.
Bestrijding tot nu toe zinloos
Tot nog toe denken overheden dat het risico op aanvaringen tussen grote vogels en vliegtuigen verminderd kan worden door in de wijde omgeving van Schiphol op zo groot mogelijke schaal grauwe ganzen te schieten en door de eieren te behandelen, zodat deze niet uitkomen. Dat kost heel veel geld en heeft nauwelijks effect. Van het behandelen van de eieren is wetenschappelijk vastgesteld, dat dit, als niet meer dan 90% van de nesten wordt gevonden, geen enkel gevolg heeft voor de aantallen ganzen. Het is volmaakt verspilde moeite, omdat de ganzen broeden in onoverzichtelijke natuurgebieden waardoor die 90% nooit gehaald wordt. Ook het massaal schieten van de ganzen vermindert de aantallen niet. Heel West-Europa zit vol met grauwe ganzen en die verplaatsen zich met het grootste gemak van Engeland tot Hongarije, en van Polen tot Zuid Spanje. Open gevallen plaatsen worden binnen de kortste keren weer ingenomen door ganzen van elders. Door de huidige maatregelen vermindert de kans op aanvaringen van ganzen met vliegtuigen dus helemaal niets.
Vergassen ook geen ‘oplossing’
Atsma wil de ganzen nu massaal laten vergassen. Kennelijk heeft hij er geen enkel benul van, hoe dat in zijn werk gaat. Vergassen is niet zonder reden verboden in de EU, het is een buitengewoon dieronvriendelijke methode. Bovendien kan het alleen op plaatsen waar zich grote concentraties ganzen ophouden en alleen in de maand juni. Dan kunnen zowel de jonge ganzen als de volwassen ganzen door vleugelrui niet vliegen en kunnen ze bijeen gedreven worden in een soort kraal. Het overgrote deel van de zo gevangen vogels bestaat uit jonge dieren en het is bekend dat het merendeel daarvan door allerlei oorzaken sowieso het volgende voorjaar niet haalt. Het doden van ganzen, die de winter toch al niet zouden overleven, is een buitengewoon inefficiënte werkwijze. En omdat het slechts in een korte periode kan worden uitgevoerd, zal het om nooit meer dan een paar duizend gedode ganzen kunnen gaan. Nog afgezien van alle ellende die er mee gepaard gaat, is ook deze maatregel daarom voorspelbaar zinloos.
Omstandigheden aanpassen
Ganzen komen in de omgeving van Schiphol voor, omdat die omgeving is ingericht als optimaal broedgebied en voedselgebied. Het grootste risico voor de luchtvaart ontstaat in de zomermaanden, als de ganzen afkomen op de oogstresten in de Haarlemmermeer. De Faunabescherming heeft er daarom jaren geleden al bij het ministerie van Landbouw op aangedrongen, de boeren daar andere gewassen te laten te telen. Daarmee zou het probleem grotendeels zijn opgelost. Het ministerie antwoordde echter dat het geen invloed kan uitoefenen op de soorten gewassen die boeren willen telen. Als er werkelijk sprake is van gevaar voor mensenlevens, is daar natuurlijk door middel van subsidies wel degelijk iets aan te doen.
Vliegverkeer nooit zonder risico
Risico’s zullen er altijd blijven, behalve ganzen vliegen er rond Schiphol andere grote vogelsoorten als aalscholvers, zwanen, meeuwen en blauwe reigers. Honderdduizenden ganzen trekken jaarlijks van Siberië naar West-Europa en weer terug. Het incident met Air Maroc werd veroorzaakt door Canadese ganzen die in de maand juni al trekbewegingen vertonen. Zelfs de meest intensieve bestrijding van grauwe ganzen zou dit niet hebben voorkomen. Het gestegen risico is natuurlijk niet uitsluitend te wijten aan de stijging van de aantallen ganzen, de intensiteit van het vliegverkeer is minstens zo sterk toegenomen. Zowel de overheden als de Onderzoeksraad voor de veiligheid schijnen te denken dat de aantallen ganzen tot in alle eeuwigheid zullen blijven toenemen, als ze niet bestreden worden. Zonder zich te realiseren dat bestrijding altijd de domste maatregel is, omdat het niets aan de oorzaken doet. Als troost mag dienen, dat op veel plaatsen in ons land de groei van de aantallen ganzen al tot staan is gekomen. Sterker nog, zoals altijd treedt er na de periode van sterke groei over een jaar of tien ongetwijfeld een aanzienlijke afname van de aantallen ganzen op. Door natuurlijke oorzaken. Maar ongetwijfeld zullen de zogenaamde wildbeheerders ten onrechte claimen dat het hun verdienste is geweest.