De jachtwereld in een notendop
Een waar charmeoffensief van tandarts Jan Smit in de Leeuwarder Courant van 5 november jl. Als (bijna) geroyeerd lid van de plaatselijke jagersclub (WBE), vertelt hij over zijn zogenaamd goedbedoelde en weloverwogen actie, om reeën uit te zetten op Terschelling (een vorm van faunavervalsing). Op die manier kon er op meer worden geschoten dan alleen op konijnen en ganzen. Het was voor hem een ‘spannend jongensboek’ en, totdat collega jagers met overdreven tellingen ontheffing voor hoge afschotaantallen afdwongen bij de provincie, verliep alles naar wens. Tot in lengte van jaren zou hij voor zijn eigen plezier kunnen schieten op ‘zijn’ reeën. Tandarts Smit was ervan overtuigd dat niemand wist, dat hij achter de smokkelactie zat.
Helaas voor hem, helpen wij hem hierbij uit zijn jongensdroom. De Faunabescherming heeft van begin af aan geweten dat hij verantwoordelijk was voor het uitzetten van de reeën. Nu blijkt hoe de hele smokkelactie is uitgevoerd, wordt ook duidelijk waarom wij dit nooit hebben kunnen aantonen. Jan Smit heeft destijds openlijk gezegd, dat hij het schieten op konijnen en ganzen niet spannend genoeg vond. Verder had het eiland niets voor de plezierjacht te bieden. Reeds in de jaren 83’en ’84 hield De Faunabescherming hem al in de gaten, omdat Smit en zijn kornuiten ook zouden jagen op de beschermde rotgans. Leden uit ons huidige bestuur hebben destijds herhaaldelijk op het eiland gebivakkeerd en geprobeerd om misstanden vast te leggen. Er zijn nog altijd foto’s van de desbetreffende expedities bewaard gebleven, evenals de herinneringen aan zijn bedreigingen naar ons. De oudere eilandbewoners kunnen zich wellicht nog herinneren, dat zij een folder van De Faunabescherming in de brievenbus vonden, met daarop een uiteenzetting van de jachtpraktijken van hun plaatselijke tandarts. Deze praktijken kwamen geenszins overeen met de jager zoals Smit zichzelf nu in de media profileert.
Ondanks dat De Faunabescherming nooit heeft kunnen aantonen dat Smit verantwoordelijk was voor het uitzetten van de reeën, blijft het vermakelijk om te vernemen hoe hij als versmade jager zijn vakbroeders aan de schandpaal wenst te nagelen. Hiermee openbaart hij de jachtwereld in een notendop. Het is een samenspel tussen tal van belanghebbenden. Zo zal bioloog Joop Poutsma, als oprichter van Stichting Reeënopvang, ook niet toevallig bij deze zaak betrokken zijn. Smit toont met zijn verhaal, hoe jagers in staat zijn hun jachtterrein en wildtellingen te manipuleren, hoe zij elkaar de hand boven het hoofd houden en hoe zij handelen, als iemand, al is het de oprichter van hun eigen club, hun moordlustige pleziertje probeert af te nemen. Maar bovenal toont Smit, hoe verslaafd jagers zijn aan het schot.
Houdt u dit in het achterhoofd, wanneer men in de media weer eens aandacht vraagt voor het afschieten van onschuldige dieren.