Argus 2014-1: Het uitverkoren soort (column)
Terug naar de inhoud
Auteur: Cassandra
Op de middelbare school was ik redacteur van de schoolkrant. In die periode heb ik een artikel geschreven over vivisectie. Ik heb het niet bewaard, maar ik suggereerde erin dat het toch wel vreemd was om dieren te martelen als alleen mensen daar beter van werden. Iedereen viel over mij heen, en zelfs mijn ouders – grote dierenvrienden – vermaanden mij voortaan niet meer zo’n onzin te schrijven.
Intussen is, mede dankzij organisaties als Proefdiervrij, iedereen er wel van overtuigd dat het gebruik van proefdieren zo veel mogelijk moet worden teruggedrongen. Beagles zijn ‘bevrijd’ en mensapen zijn vanuit de laboratoria overgebracht naar Stichting AAP. Toch wordt er nog geregeld onzinnig onderzoek gedaan, waarbij proefdieren worden onderworpen aan allerlei onaangename handelingen. Het principe ‘wij mensen hebben het recht om over dieren te beschikken naar het ons goeddunkt’ geldt dus nog steeds.
Over vlees (dus dode dieren) eten heb ik het nu even niet. Ik ben al zo lang vegetariër dat ik me nauwelijks meer kan herinneren hoe vlees smaakt, maar ook ik gebruik medicijnen die waarschijnlijk op proefdieren zijn getest. En over de inhoud van de blikjes kattenvoer denk ik maar niet al te veel na.
Dat u deze column leest, betekent waarschijnlijk dat u ook vraagtekens zet bij het idee dat het soort mens het recht heeft om als amusement exemplaren van andere soorten te verwonden en te doden. Ik ga niet in op alle slappe smoesjes (natuurbeheer, scharrelvlees, schadebestrijding) die jagers gebruiken om te verbloemen dat ze dieren doden uitsluitend voor de kick. Het verbaast me alleen altijd dat ze denken het recht te hebben om zo over dieren te beschikken.
Want er is helemaal geen verschil tussen mensen en dieren als het gaat om werkelijk belangrijke zaken. Dieren voelen pijn, kennen doodsangst, rouwen als ze hun partner of kinderen kwijtraken. Ze vormen sterke sociale verbanden, die door jagers rücksichtslos uit elkaar worden geknald. Veel dieren hebben een soort taal waarin ze met elkaar communiceren.
Het is zelfs aan te voeren dat dieren in bepaalde opzichten ‘beter’ zijn dan mensen. Door jagers wordt altijd betoogd dat een vos ‘wreed’ is omdat hij een heel kippenhok uitmoordt, maar de oorzaak daarvan is de volstrekt onnatuurlijke situatie waarin wij mensen kippen houden. In de vrije natuur komt zoiets niet voor. Ik zou geen dier kunnen bedenken dat puur voor zijn plezier een ander dier pijnigt of doodt. Dat is aan de mens voorbehouden.
Helaas heeft een van de andere specialiteiten van de mens, godsdienst, het er voor de dieren niet beter op gemaakt. Hubertusmissen om jagers te zegenen, ritueel slachten, bio-industrie in de bible belt, en ga zo maar door. Godsdiensten zijn bolwerken van speciesisme, het discrimineren van levende wezens omdat het toevallig geen mensen zijn.
Als God de mens heeft uitverkoren om de aarde te overheersen, dan had hij (of zij) wel een betere keuze kunnen maken.