Konijn en vos “bedreigen” de Hogesnelheidslijn
Op 24 januari a.s. zullen Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland een bezwaarschrift van De Faunabescherming behandelen. Aanleiding is de verleende ontheffing voor het doden van konijnen en vossen met geweer en kunstlicht in de periode 2012 tot en met 2017. Volgens GS vormen deze dieren een gevaar voor het tracé van de Hogesnelheidslijn. Het graven van de dieren zou zorgen voor verzakkingen van het tracé. Bovendien zouden de grondkabels worden stuk geknaagd door de konijnen.
Allereerst is De Faunabescherming van mening dat het gebruik van kunstlicht is verboden, totdat de Raad van State hierover een uitspraak heeft gedaan. Maar ook als dit middel wel zou zijn toegestaan, had deze ontheffing nooit mogen worden verleend. Het spoor van de Hogesnelheidslijn is verankerd op betonplaten. Dit spoor kan onmogelijk verzakken als gevolg van graverij. Bovendien zou de bekabeling van een dergelijke spoorlijn voldoende beschermd moeten zijn tegen invloeden van buitenaf.
Helaas moeten wij opnieuw constateren dat de hoofdregel van de Flora- en faunawet, te weten dat bescherming van dieren het uitgangspunt is en dat altijd moet worden gekozen voor het minst ingrijpende middel, wordt geschonden. Naast het feit dat de gevaren veroorzaakt door de aanwezige vossen en konijnen niet zijn onderbouwd, is het doden van deze dieren een veel te ingrijpend middel.