
De voorzieningenrechter van de rechtbank Midden-Nederland in Utrecht heeft na een uitgebreide zitting op 23 juli besloten dat de vaderwolf GW2337m, bekend als “Bram”, een gevaar vormt voor de openbare veiligheid en daarom mag worden afgeschoten.
Het bezwaar en het verzoek tot een voorlopige voorziening tegen de omgevingsvergunning van de provincie Utrecht was aangespannen door zowel De Faunabescherming als door Animal Rights.
De advocaat van de provincie zette zwaar in op de veronderstelling dat wolf Bram een gevaar zou vormen voor de openbare veiligheid. De advocaat van De Faunabescherming stelde echter dat de drie aangehaalde incidenten, waarvan twee in juli vorig jaar en de derde op 19 mei 2025, niet ernstig waren, veelal met loslopende honden te maken hadden, slechts lichte verwondingen hadden veroorzaakt, en een uiting was van defensief gedrag. Het incident van 19 mei vond waarschijnlijk plaats nabij de burcht waarin de jonge welpen zich nog bevonden, en wolf Bram wilde met een ‘intentiebeet’ (waarschuwingsbeet) zijn territorium verdedigen.
Bram en Hubertus
Zeer bijzonder bij deze zaak was dat bekend is dat Bram de leider is van de roedel in Utrecht, en vader van de welpen. De wolvendeskundige van de provincie stelde dat het doden van hem geen ernstige nadelige gevolgen voor de overlevingskansen van de roedel zou hebben, en dus niet nadelig zou zijn voor de toch al niet-goede staat van instandhouding van de wolf in Nederland.
Dit in tegenstelling tot de rechtszaak in Arnhem over de wolf Hubertus waar dezelfde wolvendeskundige (vermoedelijk per ongeluk) de mogelijkheid noemde dat Hubertus de leider van de roedel op de Hoge Veluwe en dus de vader van de welpen is. Het leek toen vast te staan dat als dat het geval was afschot niet aan de orde was vanwege de grote impact die dat op de roedel/de welpen zou hebben, en daarmee op de staat van instandhouding. De rechter heeft toen desondanks NIET laten onderzoeken of Hubertus de roedelleider is.
Openbare veiligheid
In beide zaken heeft “de openbare veiligheid” de doorslag gegeven. Een teleurstellende conclusie, maar beide rechters durfden vermoedelijk niet de verantwoording op zich te nemen dat er een noodlottig incident met Bram of Hubertus zou plaatsvinden. Naar mening van De Faunabescherming is de openbare veiligheid niet een absoluut argument voor een dergelijke beslissing. De Faunabescherming is van mening dat de kans op een dodelijke aanval van een wolf nog steeds heel heel heel heel erg klein is, al kan die theoretisch natuurlijk nooit worden uitgesloten. Het wandelen van menselijke recreanten in de natuur is nooit geheel zonder risico, maar dat is het wandelen in de grote stad ook niet. De kans op een aanval van een wolf, laat staan een dodelijke aanval, is op dit moment nog steeds een van de kleinste risico’s die we lopen bij het wandelen in de natuur.
Wolvenfonds
Na de beide uitspraken waarin de doodvonnissen van Hubertus en Bram zijn bevestigd door de uitspraken in een voorlopige voorziening-zaak, lijkt het hek van de dam in juridische zin. We zetten in beide gevallen onze bezwaarprocedure tegen het ongerechtvaardigde afschot voort. Wolf Hubertus is vooralsnog spoorloos en als Bram eind augustus nog leeft zal ook zijn afschot opnieuw tegen het licht gehouden worden.
Daarnaast lopen er verschillende zaken op Europees niveau en we verwachten eind deze maand uitspraak op ons verzoek om de Veluwe aan te wijzen tot Natura 2000 gebied voor de wolf.
Uw steun voor het Wolvenfonds van De Faunabescherming is meer nodig dan ooit, de wolf heeft het zwaar. We zullen er alles aan doen z’n wettelijke bescherming ook om te zetten in werkelijke bescherming.