Raad van State behandelt afschot Edelherten in Flevoland
Dinsdag 21 juli behandelt de Raad van State het hoger beroep dat onder meer door De Faunabescherming is ingesteld tegen het afschot van Edelherten in de Oostvaardersplassen. De behandeling vindt plaats in de Gothische Zaal, Paleisstraat 1 in Den Haag en begint om 14.00 uur.
Politieke gronden
Het besluit van Staatsbosbeheer en GS van Flevoland is volgens De Faunabescherming vooral genomen op politieke gronden en daarom in strijd met juridisch zorgvuldig natuurbeer. Het schieten van in totaal enkele duizenden Edelherten moet enerzijds onnodig lijden in de winter voorkomen en anderzijds zorgen voor de terugkeer van een gevarieerder landschap met meer ruimte voor schaarse zangvogels. Maar het afschot is niet selectief genoeg om te voorkomen dat er ’s winters toch veel dieren sterven.
Distelvelden
Ook het landschap zal door de verminderde begrazing niet de vorm van 25 jaar geleden aannemen. Dat bleek vorig jaar al, toen door de sterk verminderde begrazing grote oppervlakten veranderden in een voor alle vogel- en zoogdiersoorten slecht biotoop, geheel bestaande uit distelvelden.
Zeearend
Er is nu één winter, in 2018-2019, geschoten. En er is gebeurd waarvoor wij vreesden en wat wij voorspelden: voor het eerst in 16 jaar broedde de Zeearend niet in het gebied. De Oostvaardersplassen vormen het oorspronkelijke brongebied voor álle Zeearenden in ons land. Afgelopen winter mocht er van de rechter niet geschoten worden en het gevolg is dat er dit jaar weer wel een paartje Zeearend in de OVP heeft gebroed.
Zangvogels
Ook het argument dat door de begrazing de aantallen schaarse zangvogels zijn afgenomen deugt niet. Het gaat hierbij vooral om moeras- en rietvogels, waarvoor de begrazing geen belangrijke rol speelt. En met de steltlopers en ganzen die in herfst en winter het gebied bevolken, gaat het onverminderd goed.
Terug naar vroeger
De Faunabescherming bepleit herstel van het vroegere beleid met nauwelijks menselijk ingrijpen, voor uitbreiding van het gebied en voor het gemakkelijker maken voor de wolf, om aan een echt natuurlijk beheer in het gebied te kunnen gaan werken.